Een coalitie van CDA, VVD, PvdA, ChristenUnie en SGP is volgens informateur Bart Krol verreweg het meest kansrijk voor Overijssel. Krol adviseert om met deze partijen het formatieproces te starten en overhandigde vandaag zijn advies aan fractievoorzitter van het CDA Eddy van Hijum en Commissaris van de Koning Andries Heidema. Bart Krol: “Dit is een coalitie die gekenmerkt wordt door een breed midden, waarin beide zijden van het politieke spectrum vertegenwoordigd zijn. Een goede basis om een uitgestoken hand te bieden naar beide ‘flanken’ die tijdens de verkiezingen gewonnen hebben.”
Haalbaarheid andere varianten
Drie weken geleden was het coalitieadvies van de eerste informatieronde (CDA, Forum voor Democratie, VVD, PvdA en ChristenUnie) stukgelopen na het uitstappen van de PvdA. De huidige informateur Bart Krol heeft eerst gezocht naar de haalbaarheid van een andere vijfde partij die in deze coalitie zou passen. Krol: “Uit de gesprekken bleek dat er geen andere passende variant mogelijk was. Ook andere mogelijke combinaties met FvD bleken onvoldoende haalbaar.”
Ook de gesprekken met de andere winnaar van de verkiezingen, GroenLinks, leidden niet tot voldoende vertrouwen. Krol: “De partijen verschillen op een aantal onderwerpen inhoudelijk dusdanig van elkaar, dat er onvoldoende vertrouwen is gebleken dat ze tot afspraken kunnen komen waar elke partij zich in de breedte voldoende in kan herkennen.”
Geen dichtgetimmerd collegeprogramma
Informateur Bart Krol gaat na vandaag als formateur met CDA, VVD, PvdA, ChristenUnie en SGP verder met het formatieproces om tot een collegeakkoord te komen. Krol: “De partijen willen daarbij geen ‘dichtgetimmerd’ collegeprogramma. Partijen willen samen met de inwoners van Overijssel en alle Statenfracties aan de slag vanuit de overtuiging dat met een breed draagvlak de beste resultaten voor Overijssel worden geboekt.”
De motivatiebrief en conclusies van informateur Bart Krol
Geachte leden,
U heeft mij, via de heer Van Hijum als fractievoorzitter van de grootste partij in uw Staten, verzocht om opnieuw een nadere verkenning met alle fracties uit te voeren als informateur. En op basis van de uitkomsten een advies uit te brengen over de meest kansrijke optie voor een te vormen coalitie.
Op basis van de gevoerde gesprekken, met inbegrip van de uitkomsten van het informatieproces onder leiding van oud-informateur Geert Jansen, acht ik een coalitie bestaande uit CDA, VVD, PvdA, CU en SGP het meest kansrijk. Het zal een coalitie met 25 zetels worden die op een voldoende breed draagvlak in de Staten kan rekenen en een breed vertrouwen geniet om de komende vier jaar Overijssel te besturen. Ik adviseer u daarom om de mogelijkheid van een college dat uit deze partijen bestaat te onderzoeken.
Ik licht u de conclusies van mijn nadere verkenningsronde toe.
De opdracht
Provinciale Staten hebben op 24 april jl. in hun vergadering duiding gegeven van de situatie die was ontstaan nadat – door het terugtreden van één van de formerende partijen – er niet meer geformeerd kon worden conform het advies van de oud-informateur Geert Jansen.
Tijdens dezelfde Statenvergadering werd de motie aangenomen waarin de informateur het verzoek kreeg om op basis van een nadere verkenning met alle Statenfracties een advies uit te brengen over de meest kansrijke optie voor een te vormen coalitie. De motie bevatte de volgende criteria:
- Recht doen aan de verkiezingsuitslag,
- Overeenstemming over de uitvoering van wettelijke taken, ontwikkeling van beleid en visie op maatschappelijke opgaven,
- Vertrouwen in een stabiele en slagvaardige samenwerking,
en daarbij de uitkomsten van de informatie tot dusverre en de inbreng van de Statenfracties in het debat van 24 april 2019 te betrekken.
De aanpak
Na het duidingsdebat in de Provinciale Staten heb ik alle fractievoorzitters afzonderlijk, in willekeurige volgorde, uitgenodigd voor een gesprek. Zij konden ook andere vertegenwoordigers van hun fractie meenemen. Alle fractievoorzitters gaven gevolg aan mijn uitnodiging. De gesprekken vonden plaats op zaterdag 27 april en dinsdag 30 april en waren constructief. In de gesprekken heb ik gezocht naar de betekenis van de nieuw ontstane situatie voor de fracties en gevraagd hoe zij aankijken tegen het vervolg. Deze vragen zijn ingestoken vanuit de wenselijkheid van de fracties. Wat zijn hun voorkeuren en waarom?
Omdat de eerste ronde gesprekken onvoldoende helderheid gaven, heb ik na afloop van deze gesprekken op vrijdag 3 mei nogmaals gesprekken gevoerd met een aantal partijen die tijdens de eerdere gesprekken meermalen in één of meerdere opties van coalities zijn genoemd. Ik heb zowel individueel met de partijen gesproken als gezamenlijk in verschillende combinaties. In deze gesprekken lag het accent op de haalbaarheid van de mogelijke optie(s) voor een te vormen coalitie. Daarbij ging het zowel om de eigen haalbaarheid vanuit de fractie (het eigen perspectief) als de haalbaarheid vanuit de breedte in de Staten (het brede perspectief).
Varianten
In deze gesprekken heb ik in eerste instantie gezocht naar de haalbaarheid van mogelijke varianten op het voorstel van Geert Jansen. Uit de gesprekken bleek dat er geen passende variant mogelijk was om met een vijfde partij samen met CDA, FvD, VVD en CU een coalitie te vormen. Ook andere mogelijke combinaties met FvD bleken onvoldoende haalbaar.
Met de andere winnaar van de verkiezingen, GL, zijn ook intensieve gesprekken gevoerd, individueel en samen met andere partijen. Deze gesprekken maakten duidelijk dat mogelijke coalities met GL door sommige betrokken partijen als heel haalbaar, maar door anderen als onvoldoende haalbaar werden gezien. De partijen verschillen op een aantal onderwerpen inhoudelijk dusdanig van elkaar, dat er onvoldoende vertrouwen is gebleken dat ze tot afspraken kunnen komen waar elke partij zich in de breedte voldoende in kan herkennen. Hiermee zijn mogelijke combinaties met GL niet vanzelfsprekend en in mindere mate haalbaar gebleken.
Daarna kwam de optie CDA, VVD, PvdA, CU en SGP in beeld. Een coalitie die door alle betrokken fracties heel goed op haalbaarheid wordt ingeschaald. De partijen hebben veel overlap in hun visie op de maatschappelijke opgaven en het te voeren beleid. Ook is er sprake van voldoende vertrouwen in een stabiele en slagvaardige coalitie. Ze zijn bekend met elkaars opvattingen en hebben voldoende vertrouwen in een collegiaal bestuur, namelijk: elkaar steunen en elkaar kunnen aanspreken op gemaakte afspraken. Dit is bovendien een coalitie die gekenmerkt wordt door een breed midden, waarin beide zijden van het politieke spectrum vertegenwoordigd zijn. Een goede basis om een uitgestoken hand te bieden naar beide “flanken” die tijdens de verkiezingen gewonnen hebben.
De partijen herkennen zich in eenzelfde bestuursstijl. Niemand wil een “dichtgetimmerd” collegeprogramma. Partijen willen samen met de inwoners van Overijssel en alle Statenfracties aan de slag vanuit de overtuiging dat met een breed draagvlak de beste resultaten voor Overijssel worden geboekt.
In het gezamenlijke gesprek kwamen ook globaal de onderwerpen naar voren waarvan de fracties verwachten dat daar nog nader over moet worden gesproken vanwege verschillende invalshoeken van de partijen. Genoemd zijn: bereikbaarheid, OV en cultuur. Een specifiek aandachtspunt is het aantal gedeputeerden. De toevoeging van een vijfde partij ten opzichte van de huidige aantal, die ook de wens heeft uitgesproken voor een eigen gedeputeerde, heeft mogelijk consequenties voor het aantal gedeputeerden. De partijen hebben echter voldoende vertrouwen dat zij hierover in de onderhandelingen tot overeenstemming kunnen komen.
Conclusie
Alle gesprekken, alsmede de uitkomsten van het eerdere informatieproces, brengen mij daarom tot het advies om met CDA, VVD, PvdA, CU en SGP de onderhandelingen te starten tot het vormen van een coalitieakkoord voor de provincie Overijssel. Deze combinatie van partijen kwam uit de gesprekken verreweg als meest kansrijke optie naar voren.
Zwolle, 8 mei 2019
Bart Krol,
Informateur