Canada………………….. door de ogen van Annet Palthe
De dagen vliegen voorbij. En dus al weer het laatste blog van Annet Palthe vanuit Canada, want komende zaterdag vliegen ze, Annet, Jan Willem en Bummel in de bench, terug naar Nederland om op de laatste dag van mei terug te keren op vaderlandse bodem. Over de maand mei gaat dit blog, want Annet staat stil bij veel nieuw jong leven en laat dat vergezeld gaan met weer sprekende prenten. Deze foto’s geven een prachtig beeld van de schoonheid van dit land aan de overkant van de oceaan.
Mei is all over the world dé tijd van nieuwelingen
Zowel dier als plant planten zich zienderogen snel voort. Daarom gaat dit 7e Canada Blog vooral over nieuwkomers. Wat natuurlijk niet wil zeggen dat we diegenen, die de nieuwelingen verwekken vergeten…..
Daarom deze opening met het daarbij passende gezegde: In mei leggen alle vogels een ei. De American Robin lijkt vanuit de verte op een mega dino-ei te zitten. Zij zit echter op het eco plantendak van de garage, op één van de verzamelde zwerfkeien. Zij én hij vliegen af en aan om de gulzige jongen vol te proppen met allerlei heerlijke bessen en diertjes die hier volop op voorraad zijn. Een (z)ware beestachtige job.
Deze Lady American Robin heeft duidelijk haar dino-ei al gelegd en gaat voor veel voedsel
De bijen zijn druk zoemend bezig hun suikervoorraad aan te vullen en zitten op deze prachtig paarse pluimpjes lavendel.
Lavendel geurt heerlijk en smaakt prima zo te zien
Boven de zitkamer, op het eco-plantendak, staat sinds vorig jaar een kleiner soort rododendron, met een prachtige sproetentekening, meer ‘lelie-like’. Ook die heeft een reuze aantrekkingskracht op allerhande honing-vergaarders.
Als je er voor staat, zoals met de camera, gonst het dat het een lieve lust is. Het is dan ook hun lust-oord.
Rodo-Lustoord voor bijen
Alle planten zijn dus in hun voorjaars-vermeerderingsfase. Dus ook de distels. Ze zien er leuk uit als ze eenmaal in bloei staan, dat wel, maar boy oh boy ze worden hier echt mega-groot. En ze vermeerderen zich sneller dan je ze kunt verwijderen, maar ik doe dit jaar toch een verwoede poging. Aangemoedigd door Bummel die ze er ook wel wil uittrekken, maar zich, wijselijk, toch bedenkt nadat ‘ie ze eenmaal in z’n bek heeft gehad. Dus terwijl ik ze met wortel en al eruit trek, staat Bummel ‘aanmoedigend’ blaffend ernaast, trots naast de groeiende grote stapel….de held! Maar samen is de klus toch eerder en vooral gezelliger geklaard.
Bummel blaft en moedigt me aan: de stapel is net zo hoog als Bummel
Na de lunch is er serieus kluswerk, waarvoor we moeten samenwerken: een boom verwijderen die het zee-uitzicht én eiland in toenemende mate belemmert. Jan Willem zaagt eerst een heel stel takken eraf, maakt dan een wig in de stam en vervolgens moet ‘ie omvallen…naar omhoog, zodat ik ‘m het terras op kan trekken…
Enfin, de boom begreep het niet meteen, lag zelfs eventjes letterlijk dwars, maar door Jan Willems ferm duwende sturing ging het toch goed. Samen flink sjouwen en trekken en hup, daar ligt de jonge reus geveld, wordt ontdaan van alle takken en in kant-en-klare brandhout-stukken gezaagd.
Totdat er nog slecht een kleine reststam over is, is Jan Willem pas tevreden.
Ik vul daarna de sleepzak met takken en enkele houtblokken, duw dat zeer “gewichtige” geheel 3,5 meter steil omhoog, over het huis heen, langs het dak lopend en ga dan, heel gemakkelijk nu, diezelfde 3.5m steil omlaag. Bummel volgt dit verheugende duwende gepuf op de voet en rent trekkend en blaffend mee naar beneden: lachen dus.. omdat het allemaal goed gaat.
3,5m Omlaag gaat toch echt gemakkelijker
De takken worden op het verst gelegen parkeerterrein bijeen gelegd: óf daar gaan we ze verbranden (moet je eerst permissie voor hebben), óf in het najaar komen de bomen-boys weer om wat meer serieuze reuzen om te leggen, en zo voor de nodige dunning te zorgen. Zij hebben een mega gulzige versnipperaar en dan is al het hout zo verdwenen…en wordt weer, als mooie compost, teruggegeven aan de natuur.
‘s Zondags gaan we brunchen bij Joan & Gustaaf, die uitzicht hebben op West Vancouver; met zicht op het gebied waar Jan Willems zus Yvon woont.
Grote ferry boot met miljoenenstad West Vancouver als decor
Zowel op de heen als de terugweg komen we een gulzige Aasgier tegen. Die heeft ogenschijnlijk een raaf uit de lucht geplukt. Of deze heeft een autocrash niet overleefd.
Aasgier at sundaybrunch
Omdat zij hoog op de steile rotskant wonen, lijken de vogels zo uit je hand te kunnen eten. In ieder geval zeilen ze sierlijk op de weinige wind en zijn ze dicht bij voor een mooie foto met de zon op hun vleugels. Deze zeemeeuw zoekt z’n eigen maaltje nog bij elkaar.
Sierlijk zeilende zeemeeuw
Afgelopen zondag waren we op het Granville Island van Vancouver. Een enig shoppinggebied, in een voormalig groot industrie terrein, met onder andere scheepswerven en hun aanverwante industriële toeleveringsbedrijven. Dus alles laagbouw. Hier, in die oude industriehallen, vind je alles wat je maar wilt, tussen goedkoop en sjiek-duur, tussen bekende kunstenaars en (hopelijk) aankomende talenten.
We bezoeken een oude bekende van Jan Willem, beeldend kunstenaar Peter Kiss.
Peter Kiss, Jan Willem & Bummel met: The Boy and his Dog
We scoren een tafelkleed van ‘pure Indian cotton’ en eten vis in een hooggelegen visrestaurant, vlak naast een prachtige oude hoge stalen brug, de Granville Street Bridge.
Langs de Granville Street Bridge, kijkend op de hoogbouw van Vancouver
Met een super uitzicht op de andere kant van de False Creek Inlet. Dwz. dat op het eerste gezicht een rivier lijkt, maar het is feitelijk een doodlopend waterloop: via waterINloop kom je dan bij het Engelse woord ‘inlet’ uit. Hieraan zijn ook super-appartementen gesitueerd met luxe jachten-voor-de-deur, wachtend op hun baasjes/bazinnetjes om te gaan spelevaren.
Varende speeltjes, watertaxi’s, kano’s en bv. de piraten-partyboot zijn te zien
Als we via de oprit naar de Lions Gate Bridge de Capilano River oversteken is er een file en stap ik heel snel in-en-uit om een foto te maken van de rivierbedding. Miljarden stenen vormen de bedding-bodem van de Capilano River, prachtig glad gesleten door de vroegere gletsjers. Ook in ons Twenteland een heel bekend fenomeen. En ook in de loop van de triljoenen liters water die hen steeds weer en mooier polijsten.
Deze foto is speciaal voor mijn schoonzus Susan die gek was/is op stenen en er ook heel mooie aquarellen van maakte, nu is ze veel verder doorgegroeid. www.susandeboer.com
Miljarden stenen glad-gesleten door gletsjerkracht in de Capilano River
En dan het grote, maar ook onzekere nieuws!!!! Onzeker omdat we eindelijk zelf ‘onze’ eigen jonge gansjes zagen én konden fotograferen. De eerste week van mei horen we van onze diverse bezoekers dat ze de ganzenfamilie gezien hebben, variërend tussen 8 en 10 jongen. Dus, waar is de rest? Of verstoppen ze zich erg goed als er auto-alarm voor hen is?
Wij legden er deze week 6 vast op foto als ze voor de auto oversteken naar de benedenvijver.
Onze 6 jonge gansjes in ganzenpas…
Pa en Ma gans weten niet hoe snel ze hun kroost het veilige water moeten indrijven
Detail van donzig dobberende dotjes
Ons ‘leed’ wordt meer dan goedgemaakt als we op de golfbaan 3 verschillende ganzengezinnen met jongen treffen. In duidelijk verschillende leeftijdsfasen.
Eén heel klein jong dat alleen is: Mamma loop toch niet zo snel!
En omdat ze zo schattig zijn een grotere familie gans, met 4 jongen.
Duidelijk oudere jongen.
Met deze geboorte explosie van mei-gebeurtenissen die zowel in Nederland als in BC plaatsvinden sluit ik dit één na -laatste en 7e Blog af. We zijn al met opruimen, links en rechts afscheid nemen, wassen en inpakken bezig. Want er zijn- als ik deze laatste regels tik is het dinsdagavond laat- nog maar enkele dagen tot zaterdag te gaan, de dag van vertrek.
Zondag landen we dan in Nederland en zullen we elkaar beslist zo snel mogelijk in de Siepelstad zien en spreken.
Tot Blogs
Annet Palthe