Geen wedstrijden voor de postduiven. En toch staat het leven van de duivenmelker niet stil. Dus ook niet bij de Othmarvliegers. Boven Ootmarsum en de naaste omgeving vliegen de postduiven regelmatig hun trainingsrondjes. Toch zorgen dat ze fit blijven. De kwekers houden van hun hobby en onze vliegende reporter Jim van Ingen weet dat hieronder op een bijzonder enthousiaste wijze tot uitdrukking te brengen.
’Doffer op ’n sinaasappelkiske’
Koningsdag 2020 is geleefd als #woningsdag. Eigenlijk niets anders dan de afgelopen weken voor hen, die het advies netjes opvolgen. Nee, we weiden niet weer een heel artikel over ‘onze’ pandemie uit. We gaan het lekker hebben over onze postduiven, de sportduiven, de heersers van het sportieve luchtruim. In onze club hebben de Othmarvliegers, net als de ongeveer 15.000 andere sportduif coaches in Nederland, de afgelopen weken veel steun gehad van onze gevleugelde vrienden. Duivensport is immers een ideale sport in deze én andere tijden.
Men heeft doorgaans in de tuin een hok of hokje staan. Soms zijn het complete paleisjes, soms zijn het eenvoudige en sombere houten bouwwerken. Het mooie van de duivensport is dat in alle lagen van onze bevolking deze mooie sport beoefend wordt. Nóg leuker is dat onze sportduiven zich niets aantrekken van uiterlijk vertoon. De talloze verhalen van liefhebbers, die vroeger hun duiven hielden in sinaasappelkistjes en tussen de legkippen verzorgden, zijn nog dagelijkse kost. “Weet ‘ie dat nog? Vrogger, toen ha’k ne 1e prijs met ‘ne doffer op dat sinaasappelkiske”.
De duivensport is altijd zo ‘onbevooroordeeld’ geweest. Clubs waarbij de ambtenaar het verliest van de dierenarts, en waar de badmeester het wint van de griffier. Het zijn zomaar wat voorbeelden, u snapt de boodschap. De uitslag heeft altijd gelijk. De duif moet zich goed voelen en dat kan op vrijwel iedere plek. Voor de coaches is er echter de taak om die plek zo fijn mogelijk te maken, daar worden de prijzen deels mee verdiend.
Op eigen erf
In 90% van de gevallen wordt de duivensport op eigen erf beleefd. Je hoeft er niet voor de deur uit, tenzij je voer moet halen óf ze naar het clubgebouw moet brengen voor de wedstrijden. Het is een individuele sport, je schaakt tegen jezelf en staat regelmatig versteld van gemaakte zetten of de gevolgen daarvan. Het werken met levende dieren is een verrijking van ieders leven wanneer er tussen hen een band ontstaat. Je ziet een duif vliegen en herkent hem/haar direct, terwijl anderen alleen maar een grijze schaduw door de lucht zien scheren en denken dat het een houtduif is. De duif begroet je wanneer je het hok binnentreedt, is blij wanneer je hem wat lekkers geeft en eventjes ravotten en vechten maakt vaak hun dag helemaal goed. Als coach moeten we onze aandacht verdelen over alle duiven, dan hebben de duiven ook aandacht voor jou. Ze zullen de inzet belonen met prestaties, natuurlijk alleen als de duif daadwerkelijk kwaliteiten heeft om hard te vliegen.
Nieuwe ontwikkelingen met éénhoksraces
Duivenhokken herkent u snel, omdat het meestal een soort verlengd tuinhuisje is met meerdere ramen en meestal een ‘kooitje’ boven het raam. Dit kooitje noemt men ook wel de spoetnik of valklep. Het is feitelijk de finishlijn van de duiven. In dit kooitje zit een antenne welke de chip leest, die de duif om zijn poot heeft. Op het wedstrijdsecretariaat is bekend hoe laat de duif is losgelaten en wat de exacte afstand (op mm nauwkeurig) is, die de duif moet overbruggen. Hiervan wordt dan makkelijk en snel een gemiddelde snelheid berekend. De snelste duif wint. Steeds moderner zijn overigens de zogeheten One Loft Races, vrij vertaald éénhoksraces’. Hierbij sturen liefhebbers uit de hele wereld duiven naar één hok toe in de leeftijd van 30 á 45 dagen. Jongen groeien er vervolgens op alsof het hun eigen geboortehok (de plek waar ze als jong de eerste herinneringen maken, waarbij ze hun oriëntatiekompas afstellen en vastzetten) is. Zoals u weet, een sportduif vliegt altijd terug naar de plek van het geboortehok. Dus op deze One Loft Races vliegen dan soms een paar duizend duiven, die allemaal dezelfde start en eindlocatie hebben. Daarnaast worden ze allemaal hetzelfde verzorgd, en zo hebben alle deelnemende duiven dezelfde omstandigheden wat het extra eerlijk maakt. Kwaliteit zal bovendrijven, een mooie manier om je duiven te testen, waarbij soms astronomische bedragen te winnen zijn tot wel €1.000.000 of USD $.
Duivensport eerlijk?
En dat is wel een veel gestelde vraag: is duivensport wel eerlijk? Nee, dat is het nooit helemaal. Er zijn factoren, waarop wij geen invloed hebben. Denk hierbij aan de windrichting, een roofvogel, hoogspanningskabels of klappen van (wind)molens. Duiven kunnen allerlei vijanden tegenkomen wanneer ze bijvoorbeeld in Chateauroux losgelaten worden, en hun reis van 728 kilometer moet afleggen richting het Dinkellandse luchtruim. Naast een voorbereiding van maanden door zowel duif als coach, komt er dus ook een flinke dosis geluk bij kijken. Geluk is echter geen wetenschap, dus coaches zullen proberen zoveel mogelijk te sturen buiten dit geluk om. We bepalen per dag hoeveel koolhydraten, eiwitten en vetten de duiven krijgen om ze zo goed mogelijk op een wedstrijd voor te bereiden. We maken hun hokken regelmatig schoon en geven ze 1 of 2 keer per dag de vrijheid om te kunnen trainen. In de wintermaanden geven we speciale voeding, zodat ze een nieuw verenpak krijgen dat sterk en letterlijk veerkrachtig is. Allemaal zaken die we zelf in de hand hebben, zaken waar geluk niets mee van doen heeft. En als dan eindelijk de wedstrijd er is, en we zien dat we hebben gewonnen met 0.5 seconden voorsprong, dan denkt een coach: dan heb ik 99% goed mijn best gedaan en deze week 1% geluk gehad!
Duivensport is een prachtige sportieve hobby, waarbij een uniek gevoel van spanning en dierenliefde hand in hand gaan. We houden van onze sportduiven, die eenmaal losgelaten zelf kiezen om weer bij ons terug te komen. Ja, wellicht denkt u nu toch anders over de grijze schaduw in de lucht, het zijn namelijk atleten van de bovenste plank. De postduif, koning van het luchtruim!
Jim van Ingen