“De Wilde Peen, ook wel Daucus Carota genoemd, bloeit ’s zomers in de bermen, op taluds en dijkhellingen. Het is een prachtige opvallende wit bloeiende bloem, ook wel vogelnestje genoemd. Ook een feest trouwens in mijn tuin waar ze tussen het gras dapper staan te pronken, ondanks de stortbuien van de afgelopen tijd.
De 2-jarige wilde peen heeft een witte penwortel en is de voorouder van de huidige bekende peen/wortel waar wij ‘s winters onder andere de hutspot van maken,” vertelt Henriet Offrein.
Oorsprong in het Middellands Zeegebied
De plant heeft voor de bloei kou nodig en is rijk aan caroteen en vitamine B. De oorsprong van de plant ligt in het Middellands zeegebied, maar komt tegenwoordig ook in de gehele Benelux voor. Ze worden 30-90 cm hoog. De schermbloem is samengesteld uit meerdere schermpjes, ze zijn wit of een beetje roze. Vaak vind je in de middelste bloem van het scherm een zwart-purper achtig stipje, een lokkertje voor de insecten. De schermbloemen zijn een geweldige bron van voedsel voor insecten vogels en kleine zoogdieren. Na de bloei vouwen de schermbloemen naar binnen, vandaar de naam ‘vogelnestje’ De pyjamawants schuilt er ook graag. De plant doet ‘s avonds een dutje, net als de tulp, en sluit zich na zonsondergang.
Ook als medicijn en onderdeel van droogboeketten
De wilde Peen wordt gebruikt in de kruiden geneeskunde als ‘vocht afdrijvend’. ‘steen vorming remmend’, ‘darmgas verdrijvend’ en verder staat de wilde peen symbool voor doorzettingsvermogen en groei. Ze zijn verder heel goed te gebruiken in droogboeketten.
Nog even genieten dus van deze wilde wondermooie schoonheid!