Betrokken burgers maken zich zorgen en dat kan natuurlijk op allerlei gebied zijn. De redactie van In en Om Ootmarsum geeft ze graag de gelegenheid om hun zorg te uiten zonder dat men daarbij onnodig kwetsend is. Hieronder treft u de eerste column aan en hopelijk volgen er meerdere, zodat we kritisch mogen zijn, maar ook zorgen voor een leefbare omgeving.
Depressie
We zitten in een depressie. De economie draait niet zoals we zouden wensen en van de nieuwsberichten worden we niet blijer. Werkenden hebben angst hun werk te verliezen en werklozen hebben angst geen werk meer te vinden. Dit opgeteld bij de economische prognoses maakt ons maatschappelijk gedeprimeerd.
Zelfs het CBS stuurt ons met onnavolgbare prognoses het bos in. We zien door de bomen het bos niet meer!
Nu we het toch hebben over bos en bomen: Is dat dan de meest nabijgelegen haalbaarheid? Ontspanning en rust zoeken in het bos?
Opgenomen worden in het rustgevende groen, even de vogels horen, een ree spotten of de bladeren horen knisperen onder je schoenen!!!
Weg cijfers, weg onrust, werkdruk of angst! Even geen depressie! Yes, … de bossen in!
Lang leve het wonen in mooi Twente. Lang leve het Springendal, de antidepressiva van Roel Korbee!
Altijd onderhouden paden, vogels, klein en groot wild, beekbaarsjes, jonge fleurige planten en struiken tussen de oude knoestige bomen. Het ons zo dierbare, rustieke bos. Bemind door lokale recreanten en geadoreerd door vele toeristen. Ons Springendal, onze gezondheidsbron!
De paden op de lanen in, vooruit met ferme pas!
Oeps, een boom over het pad, diepe banden sporen van 50 cm breed en ruim 40 cm diep … En daar nog een… En daar, en daar, ..Afdrukken van grote voertuigen en volslagen vernielingen dwars door het bos.
Bomen geveld, andere zwaar beschadigd. De onderbouw compleet kapot gereden. Stapels stammen te kust en te keur. Het bos oogt als een verwoeste akker. Alsof er tanks doorheen zijn geraasd.
Dit zal toch niet de aangekondigde houtkap van ons Staatsbosbeheer zijn? Vast niet!
Maar dan valt er meer op, we horen geen vogels, we zien geen buizerds, geen vogelspotters, geen reewild op de vaste plekken, geen klein wild dat zich een weg zoekt en …. geen Roel Korbee. Een zwaar voorgevoel komt bij me binnen en wordt overstemd door een zwaar geluid van grote motoren, gezaag en krakend vallende bomen. Een monster baant zich een weg door het bos …. wielen als een mens zo hoog. Een kraan omklemt een boom, een zaag komt uit een houder en zaagt de boom bij zijn wortels af. De bek van de kraan houdt de boom vast, de cabine draait een halve meter en daar wordt de boom ter aarde gelaten. In zijn stervende weg naar beneden ontdoet hij zijn naasten nog van takken, die krakend afschuren en de weg van de stervende volgen. De motor loeit zijn victorie!
Is dit ruwe en zielloze werk ‘houtkap namens Staatsbosbeheer’?
Het moet wel, de monsterlijke machine is in ‘camouflage groen’ gespoten. ‘Bosgroen’, zodat de machine past in zijn omgeving. Het ‘bosgroen’ van Staatsbos. Ik kijk om me heen. Geen vogels, geen paddenstoelen, geen wild. Slechts diepe sporen, die het bos doorkruisen met achterlating van kapot gereden fauna en vele, vele boomstronken. Een stervend bos. Ons Springendal bestaande uit meer stronken dan bomen! Wat een depressief beeld van vooruitgang.
In gesprek met Roel Korbee bemerk ik hoe hij probeert de visie van Staatsbos uit te leggen; meer licht in het bos, meer gevarieerde vegetatie, meer terug naar de oorsprong. Maar kijk in de ogen van deze betrokken natuurmens. Je ziet dat hij dit niet kan verwoorden met zijn kenmerkende bezieling. Dit doet de natuurbeheerder pijn!
En ja, tussen de regels door hoor je dat het hier niet direct gaat over houtopbrengst, maar om de gewelddadige visie van een hooggeplaatste manager met een boomhoog ego. Ik hoor deze bureaugeleerde met zijn harthouten hart al zeggen: ” Met de tijd herstelt de wildstand zich wel. De diepe sporen verdwijnen ook met de jaren. Dan wordt het hier weer prachtig.”
Ja, over tien jaar ..het zal wel! Maar intussen…? Geen mountainbiker mag over de wandelpaden, geen paddenstoelenplukker door het bos, maar deze machines mogen alles. Geen deel bij deel om met beleid en voortschrijdend inzicht te werken, gewoon voluit kappen en rauzen, want het herstelt zich toch wel weer. Depressief bosbeleid …
De vraag is dus niet meer of deze bosbouwgeleerden wel een groen hart hebben? De vraag is veeleer of zij hun depressie niet beter elders dan in het bos tot uitdrukking kunnen brengen?
Tot die tijd, loop door het Springendal, maar vergeet voorlopig je antidepressiva niet en …. kom je Roel tegen, geef hem er dan ook een paar! En wie wil reageren…..R.Korbee@staatsbosbeheer.nl
T. Fisherman’s friend