Het 34e Keistenengala zorgde opnieuw voor een onvervalste heerlijke avond uit. Met prachtige zang, muziek en dans, sketches doorspekt met (droge) humor werd het publiek het gehele programma door getrakteerd op een gala met tal van hoogtepunten. Het gala in de gezellige kantine van camping de Haer leverde drie avonden een uitverkocht huis op.
Na de opening zorgden Kees Schutte en Erik Wiegink voor een ode aan ridder Niels Bruns , maar zeer zeker ook aan zijn adjudant Bert Bekhuis. Deze ode aan ridder en adjudant stond als een huis, en was een prima binnenkomer voor de artiesten van het Keistenengala en meteen werd er ‘geroken’ aan het heerlijke thema van de Keistenen ‘Heel Agelo bakt’.
Annemarie Stevelink, Ellen Peters, Evelyn Broekhuis, Carien Oude Lashof en Nienke Scholte Lubberink vormden deze editie de Keisteenzangeressen. Prachtige zang, waarnaar door het publiek ademloos werd geluisterd. Kippenvel voor de toeschouwers en je voelde in de zaal dat men het jammer vond dat het lied ten einde was.
René Stevelink en Harry Arens waren dit jaar aan elkaar gekoppeld als een nieuw duo en wat voor één. Met als titel ‘Heel Aogel…..bakt d’r niks van’ en gesteund door beelden werden ‘hun slachtoffers’ niet gespaard. Goed op elkaar ingespeeld en afgestemd rolde de ene na de andere grap door de zaal. Het noemen van man en paard is ook iets dat in Agelo blijkbaar gewoon kan.
Romee Hampsink, Liedeke Mensink, Evi Droste en Daniek Scholte Lubberink lieten als Dansmarietjes zien dat het ook met dans en ritme wel goed zit voor de komende jaren.
Het laatste onderdeel voor de pauze leverde een echte uitsmijter op. Erik Damink kroop in de rol van Jan Haarhuis en deed dat heel natuurgetrouw en met verve. Samen met Koen Damink, Evert Broekhuis en Marcel Oude Voshaar hadden zij de sketch ‘ ’n Board d’r of’. Het viertal zette vijf types op het podium neer. Jan en Ellen Haarhuis, wethouder Alfons Steggink, Alphons Weierink en Toon Peters (‘Ellen woar blief ie noe’). Heel herkenbaar en met name hoe ’n Board’ de gemeente toch met de regelmaat van de klok om de tuin weet te leiden. Het publiek lag helemaal plat met de zinsnede ‘Schot Gait is vot, mer Kleissen is terug in de road, möt ik dan nog meer oetleg’n……….’ En daarmee doelde Erik Damink op de vergoeding, die boer Kamphuis kreeg van de gemeente en misschien nu ook wel in het vat zit voor Haarhuis. Het werd een prachtige sketch, die geen moment verveelde.
En dus ‘dook’ het publiek met het goede gevoel de pauze in. Carnavalsjubilaris Theo Scholte Lubberink hield de tijd strak in de gaten en kondigde al vrij snel weer de Keisteenbloazers aan.
Het podium stond helemaal vol en de bloazers brachten de stemming er direct weer in met lekkere meezingers. Joost Lansink op de grote trom was de ‘grote’ blikvanger, want hij zweepte niet alleen het publiek, zichzelf, maar ook de Keisteenbloazers op door vol enthousiasme op zijn instrument te slaan. Prachtig om te zien!
Daarna betraden vertegenwoordigers van het college het podium , want ridder Niels en adjudant Bert hadden nog wel een klusje te klaren voor Loes Stokkelaar, Erik Kleissen en Alfons Steggink. Zij kregen zeven houten palen mee, die ze in de komende week moeten beschilderen en met het Früshoppen worden ze terugverwacht om bij de basisschool een plek te krijgen om ook daar de verkeerssituatie veiliger te maken. Burgemeester Cazemier, niet aanwezig, ontving een sleutel met in het vooruitzicht een ritje in een Ferrari, maar daar moet wel wat tegenover staan………….”Dat hoort de burgervader wel tijdens de sleuteloverdracht,” liet ridder Niels geheimzinnig weten.
Na de loterij was het de beurt aan de Playbackboys. Een nieuwe generatie stond op het podium, maar hen is het carnaval met de paplepel ingegoten, want de vaders van Sietse Arens, Hein Arens, Job Droste en Tim Stevelink zijn echte Keistenen en een aantal stonden in hun jeugdjaren ook als Playbackboys op dit podium. Een heel regiment aan nummers, met name uit de jaren ’60 en ’70 kwam voorbij. De jonge knapen wisten precies wat ze moesten doen en hun timing was knap.
Wessel Vrerink, Gijs Aarnink en Jan Schutte maakten van Zomerlust Zomerrust, een dagopvang voor kearls met een jonge vrouw. ‘Geer en Goor’ zorgden er voor dat een aantal bekende Ageloërs het prima naar de zin hadden in deze dagopvang.
Doodstil werd het in de zaal tijdens het grandioze optreden van zangeres Sanne Aarnink, bijgestaan door danseres Romee Hampsink. Zij brachten het nummer van Adele ‘Hometown glory’. Een niet alledaags en moeilijk nummer, maar Sanne Aarnink zong het op een geweldige wijze en samen met de intense dansbewegingen van Romee Hampsink ontving het duo na afloop een daverend applaus van het publiek, dat diep onder de indruk was. Zelfs waterval en muziekliefhebber Theo Scholte Lubberink was even perplex, maar kondigde na dit kippenvelmoment aan deze beide Agelose meiden direct op te willen geven voor The Voice of Holland en So You Think You Can Dance.
Hanneke Velthuis-Haarhuis is niet weg te denken op het Keisteengala. Ieder jaar weer weet ze een prachtig typetje neer te zetten en dit jaar bracht ze Marie. Een rol op haar lijf geschreven. Privé maakt ze met haar Gait van alles mee en uiteindelijk wijst ze hem de deur. Na een aantal woelige jaren hoort ze weer de bekende tred van Gait richting huis komen en de deur wordt wijd opengezet. De moraal van het verhaal: ‘Blief bie elkaar’.
Met deze mooie buut was het nog niet afgelopen, want de Keisteenzangeressen zongen twee nummers in het plat. ‘Gevoar’ en ‘Wat nen oamd’ en zij zorgden met het laatste nummer, misschien wel onbedoeld, voor de titel van dit artikel: ‘Wat nen oamd’.
En dan komen nog twee rasartiesten op het podium. Rob en Bert Damink hebben de taak gekregen om het Keistenengala af te sluiten. Het werd een absoluut hoogtepunt. Gezeten op een hoogzit namen zij ‘Natura 2020’ onder de loep. Met deze droogkomieken kreeg het gala de afsluiter, die het verdiende. Ook hier kwamen de bekende Agelose namen voorbij, maar dan in hun eigen habitat. Ze hadden een fantastisch verhaal dat vanaf de eerste tot en met de laatste zin klopte. Met een geweer en een verrekijker namen ze menig Ageloër letterlijk en figuurlijk op de korrel.
En daarmee kwam er een einde aan een prachtige avond. Alle artiesten, maar ook de voortreffelijke mensen van de techniek, de schmink, de podiumboys en al die andere vrijwilligers werden door president Theo nog een keer in het zonnetje gezet. Complimenten ook aan de galacommissie onder leiding van Gerard Schutte, want met een wat andere samenstelling in het artiestenkorps kende dit 34e Keistenengala een paar keer een verrassende wending. Gezamenlijk werd op de melodie van Droomland het ‘Aogel’ gezongen en dat klonk zo massaal dat het in Ootmarsum te horen moet zijn geweest.
Theo Scholte Lubberink vierde in de rol van president een carnavalsjubileum. In het eerste jaar praatte ridder Bennie Sanderink alles nog aan elkaar, maar dat bleek in de praktijk niet te werken en dus vervulde president Theo Scholte Lubberink een jaar later en na 33 jaar nog steeds deze rol, die hij trouwens op een voortreffelijke manier weet in te vullen. Aogel, proficiat met zo’n president!
De ‘Kei’ goede foto’s zijn van Caspar Kei, sorry Kouijzer