Het was weer genieten geblazen op het gala van de Hènige Slepvèènt. Voor je het weet is het al weer voorbij en dat is een goed teken.
Het publiek, twee avonden volle bak, zag en hoorde een gevarieerd programma dat weer op grandioze wijze aan elkaar werd gepraat door spreekstalmeester Henk Heerink.
Het gala kende het solodebuut van Paul Brookhuis, die met een eigen gemaakt lied veel applaus en de zaal laaiend enthousiast kreeg.
Het gala begon met het binnentrekken van het trio dat door de Bloasbrothers naar binnen werd geblazen. Toen het trio weer van het podium afging, mocht de inmiddels ‘wereldberoemde’ Opperslepster Lieke de Witte nog even blijven staan. Ceremoniemeester Henk had namelijk nog een filmpje paraat, waarop goed te zien was dat Lieke zich achter de schermen toch even wat moed moest indrinken.
Op de vrijdagavond waren de Siepeljonkers trouwens undercover, omdat hun vorst Jesse Schulten niet had doorgegeven dat ook zij een uitnodiging hadden. Ze kwamen dus verlaat aan in de zaal en hadden de pakken thuis laten liggen.
De playback boys mochten dit jaar het spits afbijten en deden verschillende nummers van onder andere de Spice Girls, K3 en 50 cent. Bjarne Schulten, Bas Wassink en Colin Hesselink kenden dit jaar een andere insteek en hadden een zelfgemaakte auto op het podium staan. Vanachter deze auto kwamen ze steeds weer met andere kleding en accessoires het podium op. Het publiek trakteerde dit drietal op een geweldig applaus.
Hierna was het de beurt aan Stefan oude Nijhuis en Robert Eppink met het stuk ‘Soldaten op wacht’. Dit begon met een filmpje van een camouflagetraining, waarbij ze verschillende technieken lieten zien. De opvallendste techniek was toch het ‘zwemmen’ op het Springendal met het ijs op de vijver. Wat zullen ze het koud hebben gehad. Op het podium werden er verscheidende mensen doorgehaald. Het opvallendste was toch wel hun zin: “Ach man, Taal. Sodemieter op met je Taal. Taal is als een zelfopgelegde handicap, die in plaats van nabijheid vooral verwijdering faciliteert en die oprechte zielsontmoetingen schaars maakt of zelfs vervangt door een blindemansdans vol dolende individuen die al verbaal masturberend naar elkaar reiken maar elkaar nooit raken en uiteindelijk allen alleen verpieteren in pretentie.” Deze ‘lange’ zin werd vloeiend uitgesproken en het publiek lag dubbel.
Ook de dansmarietjes hadden voor dit jaar weer een dansje ingestudeerd, waarbij er voor het eerst 4 nieuwe meisjes meededen. Dit zag er ook weer swingend uit.
Na de eerste pauze was het de beurt aan het trio van 2019. Ze deden dit jaar een stukje over het NK turnen waarbij Lieke de Witte de presentator was en Bjorn Nijmeijer als ‘Tom Knie uit de kom’ en Wouter oude Vrielink als ‘Krijn Spierpijn’ verschillende oefeningen uitvoerden, zoals synchroon turnen en de Swarovski koprol uit 1828. Vooral de mimiek sprak boekdelen en dit was een geslaagde act.
Daarna was het de beurt aan Bram Beld en Krijn de Vries, terug op het podium, met hun vertolking van ‘Ik word elke dag wakker met een biertje in mijn hand’. De hele zaal deed gezellig mee en de zangkunsten van Bram en Krijn zijn goed te noemen.
Peter Veelers buutte weer als ‘Bernard van ’t Springendal’. Ditmaal was hij vrachtwagenchauffeur en vertelde hij iedereen wat hij allemaal mee had gemaakt in zijn leven. Hij zat tegenwoordig op Twitter en zei: “Wat de leu doar allemaal wa nich opzet”, waarbij er nog een aantal twitterberichten van Opperslepster Lieke werden getoond.
Als laatste voor de 2e pauze was het de beurt aan Paul Brookhuis. Hij had afgelopen jaar zelf een nummer geschreven en wou dit graag vertolken op het gala. Dat dit een succes was kon je goed merken aan de reacties uit de zaal, die allemaal laaiend enthousiast waren.
Na de 2e pauze met een grote loterij mochten Gerald Wassink en Robert Kamphuis. Het tweetal is niet meer weg te denken op het gala en ook dit jaar kenden ze met hun sketch als Polen weer veel succes.
Daarna mochten Stef de Witte en Robbin Beld aantreden. Ze deden dit met de vertolking van Picobello BV, waarbij Stef de eigenaar was en Robbin al het werk mocht verrichten. Er was namelijk een verstopping bij Jeroen oude Nijhuis en Marloes Weghorst, die Picobello BV even moest oplossen. De verstopping was opgelost, maar helaas was er ook flinke schade aan de keuken.
De playback boys mochten nog een keer optreden met een hit medley bestaande uit allemaal meezingers. Ook zongen deze boys live mee met de muziek. De hele zaal ging staan en begon mee te klappen met al deze bekende nummers.
Als afsluiter was het de beurt aan de gebroeders Kupers. Olaf, Dennis en Niek begonnen met een introfilm, waarbij ze thuis nog op de bank lagen chips te eten. Henk zei dat ze maar eens aan een sport moesten gaan doen, want ze werden te dik en laat er nu net bij Heintje op het podium een aantal fitnessapparaten staan. Eenmaal op het podium was het weer een waar spektakel wat ze lieten zien. Van filmpjes, tot geluidsfragmenten tot zelfgeschreven nummers. Het ontbrak aan niets.
Als allerlaatste was er natuurlijk weer het volkslied van Oud Ootmarsum. Dit lied werd gezongen door Andras Koops (zaterdagavond Dennis Heerink), Thijs Veldhuis en Teun Hemme. Dit is inmiddels een vaste waarde in het gala.
Hiermee was de avond ten einde en kon iedereen terugkijken op een geweldig gala dat onder leiding stond van de galacommissie met Jeroen Oude Nijhuis als voorzitter.
Foto’s Jeroen Oude Nijhuis