Harm Bossink:  Een fenomeen in de spits

‘Der Bomber’, ‘Het Goudhaantje’  het zijn een tweetal benamingen, die Harm Bossink, spits van KOSC, op zijn naam heeft gekregen. Dat heeft alles te maken met zijn neusje voor de goal. De spits van KOSC heeft inmiddels 300 officiële wedstrijden gespeeld voor zijn club en werd daarvoor gehuldigd. Dat gebeurde voor een derby, want SDC ’12 uit Denekamp was de tegenstander.
kosc-sdc-13-nov-2016-9
Voorzitter Harald Rorink van KOSC kreeg de microfoon  om twee minuten voor twee. Dan heb je als preses maar een korte tijd om de roemruchte daden van de spits van KOSC treffend te verwoorden. Dat lukte Harald met verve en nadien deed ook aanvoerder Fabian Harperink nog een duit in het zakje.
kosc-sdc-13-nov-2016-17
Beiden roemden de scoringsdrift van Harm Bossink, die als 17-jarige tegen Borne zijn debuut maakte en nu na 300 wedstrijden maar liefst 187 officiële doelpunten voor KOSC heeft gemaakt in de competitie, beker en nacompetitie. Ook dit seizoen loopt ‘der Bomber’ met negen doelpunten bijna één op één, want juist in deze jubileumwedstrijd tegen SDC wist Bossink het doel, ondanks een aantal kenmerkende pogingen, het doel niet te vinden. Dat neemt niet weg dat de spits ook in deze derby zijn stempel drukte op de wedstrijd. Altijd alert op dat ene moment om toe te slaan, maar ook veelvuldig betrokken bij de ‘praatsessies’ in het veld en dat leverde hem in deze Dinkellandse pot een gele kaart op. De waardering is echter groot, zowle bij de KOSC supportrs als de tegenstanders. Een lastige spits, die loert op zijn kansen en dat al meer dan 300 wedstrijden lang.
kosc-sdc-13-nov-2016-27
De 31-jarige Harm Bossink trok ruim 25 jaar geleden voor het eerst zijn voetbalschoenen aan. Met Toon Veenhuis als trainer kwam hij in de instroom om vervolgens overgeheveld te worden naar F2 waar toen al twee dames aan het roer stonden. Sonja Hummelink en Carine Tenniglo voorzagen dit F2 team met Harm Bossink van oefenstof. Herman Nijhuis en Robert Harperink fungeerden in zijn eerste competitiejaar als leider. Via E2 belandde Bossink in de D1 en met onder meer Ruud Bruns werd dit team kampioen in de Hoofdklasse. “Vervolgens heb ik alle hoogste juniorenteams bij KOSC doorlopen. In die tijd nog als middenvelder en als 17-jarige mocht ik debuteren in het eerste van KOSC, “ weet Harm Bossink zich nog feilloos te herinneren. “Op 22 september 2002 haalde trainer Martin Welman me bij de selectie. Koen Baars viel geblesseerd uit en ik nam zijn positie in. Ik scoorde destijds tegen Borne twee keer.”
img_4387
De ‘doelpunten’toon was gezet en dus kwam Harm steeds regelmatiger in beeld. Het was een soort van heen en weer boot tussen KOSC A1 en KOSC 1. Een breuk in het middenvoetsbeentje zorgde voor wat oponthoud in zijn carrière, maar na zijn herstel wilde Harm Bossink niets anders dan spelen voor het eerste. “Ik kende voorbeelden genoeg, want mijn pa  Herman en mijn ooms Jan en Leo speelden ook in het eerste en dus werd er thuis bijna niet anders gesproken dan  over KOSC. Het werd me met de paplepel ingegoten en ik had het geluk dat verschillende leeftijdgenoten als Rick Engbers en Rik Veldboer ook de stap konden maken.  Trainer Koos de Wals zette me in de spits. Dat bleek me heel goed te liggen. Daarnaast bleek deze trainer ook nog eens een fantastisch mens te zijn en dat gold bijvoorbeeld ook voor Walter Weghorst en onze huidige trainer Richard de Boer. Zij kunnen niet alleen midden in de groep staan, maar weten daarnaast  heel goed de juiste snaar te treffen. Maar ook van trainers als André ter Brake, Marcel Degenaar en Herman Hegeman pik je wat op en zeker op tactisch gebied. Ik heb in al die jaren maar zelden een training overgeslagen. Hooguit vanwege blessures of door andere omstandigheden. Ik leefde voor de sport en ging op zaterdagavond niet of nauwelijks uit. Het liefste thuis of even met wat vrienden wat drinken, maar ik zorgde wel dat ik op tijd in bed lag,” geeft Harm Bossink zijn liefde voor het spelletje aan. “Je speelt wel in het eerste en dus heb je een bepaalde verantwoordelijkheid. Natuurlijk ‘zondig’ je wel eens, maar dat zijn uitzonderingen.”
dscn5329
De KOSC spits kent talloze wedstrijden, die nog steeds zijn blijven hangen. “Zeker de derby’s tegen DOS, later SDC, zijn geweldige affiches. Alleen al het aantal mensen dat op die wedstrijden afkomt is geweldig om daar als speler bij te zijn. Ik heb bij KOSC echter van alles meegemaakt. We zijn gedegradeerd, wisten kampioen te worden of via de nacompetitie ons te handhaven of te promoveren. Ik heb samengespeeld met fantastische jongens als Rutger Vrielink en Rob Roelofs, maar ook Rick Engbers en Fabian Harperink zijn knapen, die ik al heel lang mee maak. Toen wij in het eerste kwamen bleken we technisch en soms ook tactisch een voorsprong te hebben op het gros van die selectie en hoefden we niet aan te haken, maar versterkten we de hoofdmacht. De kwaliteit is enorm gegroeid met jongens als Stijn Bruns, Ruben Baanstra, Joost Peters, Remco Blokhuis, Martijn Engbers, Jorrit Weierink  en broertje Teun. Dat bleek een geweldige lichting, die aangevuld werden met voetballers, die met veel inzet ook van groot belang zijn voor KOSC 1. Niet voor niets spelen we nu Tweede Klasse en dat is voor Ootmarsum naar mijn idee het hoogst haalbare.  Het mooie is dat er nu weer jonge knapen aanhaken als Rogier Busscher, Rens Oortman, Oscar Hoogeslag, Lars Stokman  en Timo Bonke. Die heb ik zelf mogen trainen en nu sluiten ze aan bij het eerste. Maar zij moeten op trainingen echt alles geven, terwijl wij op die leeftijd al een meerwaarde kenden,” beschrijft Harm Bossink het verschil tussen zijn debuut en de doorbraak van de huidige jonge generatie. “Ik bedoel dat niet arrogant, maar het geeft wel aan dat de kwaliteit van het eerste in vergelijking met veertien jaar gleden enorm is gegroeid en dat is voor de vereniging alleen maar goed. Ik kan enorm genieten van die jonge gasten, want dat is supermooi en het zorgt voor continuïteit binnen club.”
023
De spits van KOSC weet feilloos zijn mooiste doelpunten weer te geven. Harm Bossink kan ook exact vertellen hoeveel goals hij inmiddels gemaakt heeft. Het zegt al genoeg dat hij de datum van zijn debuut paraat heeft. “We hebben natuurlijk fantastische wedstrijden gespeeld. Aan de andere kant zaten er ook dramatische potjes bij, die je het liefste zo snel mogelijk vergeet. De allereerste keer tegen DOS weet ik me nog heel goed te herinneren. De ploeg uit Denekamp speelde ooit Eerste Klasse, terwijl wij vier klassen lager in de Vijfde Klasse het balletje ‘hoog’ hielden. Zij degradeerden en wij promoveerden en het niveauverschil werd steeds kleiner. En dan kom je elkaar daadwerkelijk tegen. Na al die jaren was dat voor KOSC natuurlijk een mijlpaal en dat leverde publieksrecords op. Als speler is dat geweldig. Maar ook een kampioenswedstrijd tegen Losser kan ik me hee goed herinneren. Prachtig om mee te maken, maar dat geldt ook voor de nacompetitiewedstrijden. Tegen Veluwezoom gingen we de boot in en dat is de andere kant van de medaille. Tegen bijvoorbeeld Epe en Helios wisten we wel te winnen en als je dan zelf scoort zorgt er toch wel voor dat je daar enorm van geniet,” laat een eerlijke Harm Bossink weten.  ‘Der Bomber’ maakte gen Epe in de 89e minuut de winnende en scoorde tegen Helios twee keer. Uit verloor men in Deventer kansloos met 3-0, maar ‘het wonder van Tilligte’, waar deze wedstrijd door het slechte veld in Ootmarsum gespeeld werd, gaf na 90 minuten een 6-1 overwinning aan voor KOSC. Harm Bossink scoorde er twee. “Mijn mooiste doelpunt maakte ik tegen Luctor. Ruben Baanstra stoomde op via links, maar hij trok de bal niet voor, maar legde deze terug op de zestien en van daaruit kon ik een stiftje plaatsen over de keeper van Luctor. Maar ook thuis tegen Omhoog wist ik een mooie goal te maken. Het is als spits van belang dat je belangrijk bent voor je ploeg. En verder moet je veel plezier hebben in het spelletje. Daarnaast is het van groot belang dat je fit bent. Ik ken ook blessures, en heb dus ook, zeker in die beginjaren, delen van een seizoen gemist. Gelukkig herstelde ik en kwam ik terug in de basis om mijn doelpunten mee te pikken. In al die jaren voelde ik een gezonde wedstrijdspanning. De laatste jaren weet ik steeds beter om te gaan met een nederlaag, “geeft Harm Bossink een inkijkje in zijn beleving voor het voetbal.
img_0370
De spits wist niet alleen vanwege zijn doelpunten de aandacht op zich te vestigen, maar ‘scoorde’ in het verleden ook de nodige gele en zelfs rode kaarten. “Ik weet het,” verzucht de spits, “Vaak vanwege praten, dat klopt. Naderhand baalde ik er van, maar ik kan niet tegen onrecht. Als ik het anders zie, trek ik mijn mond open. Dat wil niet altijd zeggen dat ik gelijk heb. Maar op dat moment spui ik. Naderhand in de kleedkamer baal ik daarvan en denk ik wel eens ‘Harm hou je kop’. De laatste jaren is het echter al een stuk minder geworden en heeft het me eigenlijk geen enkele schorsing meer opgeleverd. Het is heel simpel, ik wil graag belangrijk zijn voor het team en dan haal je alles uit de kast. Dat lukt niet altijd, maar mijn drive is om met mijn team te winnen en dat betekent dat ik wel eens over de grens ga. Naderhand ben ik het allemaal gauw vergeten, want je kunt het toch niet terugdraaien,” aldus ‘Der Bomber’.
img_8272
Harm Bossink geniet nog steeds iedere zondagmiddag van het spelen in KOSC 1. Het is zijn club, ondanks dat in het verleden de nodige clubs aan hem hebben getrokken. ATC, Rigtersbleek, Quick ’20 en zelfs DOS uit Denekamp lonkten naar de spits van KOSC. “Het is er nooit van gekomen. Zeker nadat ik er 26 in één seizoen had ingeschoten, kwam de belangstelling op gang. DOS belde bij mijn ouders en toen ik thuis kwam lieten mijn ouders en zeker mijn moeder direct blijken dat ik niet voor de Denekampse club mest kiezen, want dan kreeg ik de keuze om het pand direct te verlaten,” lacht Harm Bossink. “Ik heb er ook geen spijt van gehad, want ik geniet nog iedere dag van deze club. Het is mijn lust en mijn leven en nog steeds mag ik op het hoogste niveau acteren. Zo lang ik fit en plezier  heb, hoop ik dit nog een tijdje vol te houden, “laat een vastberaden Harm Bossink weten.
kosc-sdc-13-nov-2016-27
De spits scoorde niet tegen SDC ’12, maar vestigde wel de aandacht op zich, want hij behoort tot een select gezelschap binnen KOSC met  300 wedstrijden en staat als doelpuntenmaker op het allerhoogste niveau binnen de Ootmarsumse club. Inmiddels 300 wedstrijden en een paar staat ‘het Goudhaantje’ op 187 officiële treffers. Een ongekend aantal en de spits laat weten dat dit een percentage is van 0,61. Alle lof voor Harm Bossink, die met dit gemiddelde aantoont van groot belang te zijn voor zijn  vereniging KOSC. Hopelijk heeft Harm nog jaren ‘een neusje voor de goal’.
kosc-sdc-13-nov-2016-33

< Vorig / Volgende bericht >

Gerelateerde berichten

KOSC nog steeds ongeslagen

KOSC nog steeds ongeslagen

Op de laatste zondag van november speelt het eerste van KOSC thuis tegen Buurse. De Ootmarsumse club...

Lees verder >
Belangrijke driepunter voor KOSC

Belangrijke driepunter voor KOSC

Na zeven wedstrijden is het eerste van KOSC nog steeds ongeslagen en de trotse koploper in de Vijfde...

Lees verder >
KOSC blijft tegen Vosta steken op 0-0

KOSC blijft tegen Vosta steken op 0-0

Het is een repeterend verhaal bij KOSC. Het lukt te weinig om doelpunten te maken. Dat zagen de trou...

Lees verder >