Ooit lag er rond onze stad een dubbele ring aarden wallen en grachten. Dit ter verdediging van mensen, have en goed. Dat was rond het jaar 1400. Je kon de stad, nou ja, het stadje slechts via twee stadspoorten binnentreden of rijden. Dat laatste ging niet erg gemakkelijk, omdat die stadspoorten niet erg breed waren. De wagens met paashout zullen in die tijd zeker niet de omvang van de huidige drie hebben gehad.
Hoewel de verdedigingswerken af en toe dienst deden, te denken valt aan de Tachtigjarige oorlog (1568-1648), nam het belang van wallen en grachten steeds meer af. Uiteindelijk bleven alleen de twee stadspoorten nog een tijdlang. De rest werd herinnering. Behalve natuurlijk de twee kogels die ooit over de wallen werden geschoten; de éne zit in de gevel van het pand Silderhuis aan de Grotestraat gemetseld en de ander in de zuidmuur van de r.- k. kerk. En dan is er nog de prachtige gevelsteen op het Kerkplein tegenover restaurant ’t Pläske.
Nu is dan als een herinnering aan de Steenen Poort (gesloopt in 1780), een monument opgericht en vorige week onthuld. De initiatiefnemer, BMS, nam meteen maar een optie voor nóg een monument: een herinnering aan de Houten Poort (gesloopt in 1870).
Veel herinnering in dit Heukske met als enig tastbare: het monument. De tekening laat de Zuider- of Houten Poort zien. Het pand links was de burgemeesterswoning; nu winkel. Ook de pastorie van de Herv. Kerk is te zien.