Het was niet het meest ideale en gemakkelijke werk: Dat graven van klei. Jarenlang waren werknemers van Scholten bezig om die klei af te graven. Met behulp van lorries werd de klei naar boven gebracht. Daar werd de klei gevormd en vervolgens naar de oven getransporteerd. Er volgde een periode van verhitting en na enige tijd konden de stenen uit de ovens worden gehaald. Het waren letterlijk de keiharde stenen van Scholten, ook wel Schoeltn-steene genoemd.
Maar aan de basis daarvan stonden de gravers, die dag-in-dag-uit in het kleigat moesten staan graven. Wat hebben die wat ‘afgekleid’.
Dat kleigat is nu de Kleikoel een woonoord met een aantal vakantiehuizen, die overigens vrijwel allemaal permanent worden bewoond. Deze Kleikoel bewoners hebben er geen moeite mee om in het kleigat van weleer te wonen: “Want nergens vind je een mooier plekje,” zeggen de bewoners…
Tekst en foto’s zijn van de Ben Morshuis Stichting