De oale leu mosn de oagn nog ees los könn doon.
Vaak hoor je die uitdrukking. Maar het is goed, dat ze dat niet meer kunnen. Ze zouden werkelijk schrikken van wat er allemaal was gebeurd in hun afwezigheid. Straten zijn verschenen, waar ooit landbouwgrond lag.
Weilanden hebben plaatsgemaakt voor woonwijken. Een ‘mooi ‘ voorbeeld van dat laatste is Plan Brookhuis. De weidegrond was in percelen verdeeld en velen hadden er zo’n perceeltje. Daar kon een koe grazen, maar er kon ook worden gemaaid en gehooid. Hier en daar stond een boerderij(tje), maar verder was het grasland.
Stadsuitbreiding was ineens het toverwoord en er werd ijverig naar mogelijkheden gezocht. Voor velen was het niet zo nodig, maar dat was tegen de ontwikkelingen in./ Bovendien moest je de ‘blijvers’ de gelegenheid geven in je geboorte- en woonplaats te kunnen wonen.
Zo kun je nog even doorgaan. De oorsprong en het resultaat van bovenstaande zijn op bijgaande foto’s te zien