In zijn woning aan het Villapark te Ootmarsum is in de nacht van vrijdag 30 op zaterdag 31 december 2011 J. Jan Th.E. Koenen na een kortstondige ziekte overleden. Jan Koenen was oud-directeur van de Twentse Damastfabriek, maar stond in Ootmarsum vooral bekend als een liefhebber van muziek, een verwoed zanger en een iemand die er naar streefde oude gebruiken in stand te houden.
J. Koenen (1929 te Almelo) vervulde na zijn HBS-opleiding zijn militaire dienstplicht in toenmalig Nederlands Indië. Als oud-Indiëganger was hij een vaste bezoeker van de in 1996 ingestelde reünie van Ootmarsumse Indiëgangers.
Terug uit Indië in 1950 ging Jan ‘de textiel in’ zoals hij het eens uitdrukte en zou daar zijn hele werkzame leven blijven. Eerst bij Hedeman en later bij Nijverdal ten Cate. In 1980 werd J. Koenen directeur van de Twentse Damast, de vroegere N.V. Twentsche Damast-, Linnen- en Katoenfabriek v/h Bendien en Zn. Hij bracht de fabriek weer tot grote bloei. Een hoogtepunt was de viering van het 175-jarig bestaan van de fabriek in 1988. De Twentse Damast werd in 1991 toegevoegd aan de zogeheten Steinmeijer Groep.
Vanaf het jaar waarin het echtpaar Jan en Gees Koenen in Ootmarsum kwam wonen, was Jan Koenen buitengewoon actief in het maatschappelijk leven. Zijn liefde voor muziek en zang bracht hem bij de Harmonie Caecilia, waar hij een belangrijke functie bekleedde en bij het Herenkoor van de r.- k. kerk. Ook was hij lid van het Gemengd Koor Ootmarsum. Als de gelegenheid zich voordeed zong hij solo: hij had een krachtige stem waarmee hij o.a. tijdens Zittingsavonden van de Othmarridders veel indruk maakte. Bij die carnavalsvereniging was Koenen geruime tijd penningmeester en leider van de Pers- en Propagandacommissie, die de krant Siepellocht uitbrengt. Zijn functie bezorgde hem een plaats bij het BCO (Bedrijvencontact), waar hij, hoe kan het anders in het bestuur werd gekozen.
Jan Koenen was erg godsdienstig en hij bracht vele jaren een bezoek aan de bedevaartplaatsen Kevelaer en Lourdes. In die laatstgenoemde plaats fungeerde hij lang als begeleider van gehandicapte bedevaartgangers.
Tradities lagen hem na aan het hart. Zo hield hij het bezoek van de poaskearls aan de Damastfabriek in ere, ook toen de fabriek er niet meer was. Hij en zijn vrouw Gees ontvingen de Poaskearls gewoon thuis en boden hen daar een maaltijd aan. Op de Siepelmarkten was hij lid van de groep die de Boerenbruiloft uitbeeldde en van Oud- op Nieuwjaar liep Jan jaarlijks met de Nachtwacht mee.
Als beloning voor zijn activiteiten kreeg Jan Koenen in 2000 een Koninklijke onderscheiding.
J.Th.E. Koenen (1929-2011)
