Heel bewust heeft voorzitter Robert Harperink een historisch overzicht opgehangen in het clubgebouw van de Tennisclub Ootmarsum. Tijdens het jubileumweekend ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan en specifiek tijdens de receptie kwam de TCO preses hierop terug. “Natuurlijk moet je als sportvereniging een visie hebben met het oog op de toekomst, maar de banden met het verleden mag je nooit doorsnijden. Historisch besef hoort daarbij, want we mogen die mensen niet vergeten, die veel hebben betekend voor de tennisclub,” benadrukt de voorzitter in zijn speech. “De één is belangrijk, terwijl de ander bepalend kan zijn. We kunnen nu niet zonder deze vrijwilligers en kaderleden, maar vroeger ook niet.” Robert Harperink combineert in zijn toespraak het heden en het verleden. “Bij de eerste tennisbanen kende de vereniging geen clubgebouw, maar het toenmalige bestuur zette er een keet naast. Pipowagen genoemd. Dus laten we anno 2018 niet moeilijk doen over de keten van de jeugd, die her en der rondom Ootmarsum een gezellig onderkomen vormen voor de jongeren. De TCO heeft het voorbeeld gegeven,” lacht de voorzitter. “Wie is er nu eigenlijk cruciaal geweest voor de TCO,” stelt Harperink hardop deze vraag aan de aanwezigen. Is het Ben Rolink, die bij zijn hotel een tennisbaan had liggen, waarop ook door Ootmarsummers getennist kon worden. Op die plek bruisten de eerste ideeën op om een tennisclub op te richten. Of waren Ben Morshuis en Jan Luttikhuis cruciaal? Zij hebben nooit een balletje geslagen, maar hebben de tennissport wel gepromoot. Is Theo Oude Elberink cruciaal geweest? Hij was betrokken bij de oprichting en maakte het eerste financieel verslag. Nee, deze mensen zijn van groot belang geweest maar niet bepalend, want echt cruciaal is burgemeester Jan Grootenhuis geweest. ‘Als jullie een vereniging oprichten, dan zorg ik voor tennisbanen’. Dat bleek geen grootspraak, want de banen kwamen er op de flanken van de Kuiperberg. En toen is het allemaal klein begonnen. Ton van Essen en Bert van Zuilekom, die tennislessen gaven. Gerard Wortelboer als aimabele voorzitter met visie, Margot Wegdam als secretaresse en wat te denken van Hans van Zuilekom, die op een bepaald moment zijn 25e clubtitel bemachtigde. Op het moment dat paviljoen ’n Kotten door brand werd verwoest gold het gezegde ‘In de brand uit de brand’, want na herbouw kregen we wel een eigen onderkomen. Wat brand wel niet kan doen,” verwijst de voorzitter naar wethouder Brand, die namens de gemeente de receptie bijwoont.
Harperink diste nog een aantal memorabele momenten op uit het verleden. De eerste naam van de club bleek niet TCO, maar Ootmarsumse Tennis Vereniging (OTV) te zijn. Het clubblad Zjoer zag het levenslicht. In 1988 trad het bestuur en blok af vanwege de privatisering van het tenniscomplex door de Berecon. In 1993 telde club maar liefst 500 leden en dat aantal bleek in de historie het hoogtepunt te zijn. “Onder onze leden hebben we ook een veelvoudig nationaal kampioene,” vertelt de TCO voorzitter. “Eén van onze tennisspelers adviseerde Wil Hulshof om eens mee te doen aan de nationale kampioenschappen in haar categorie. In eerste instantie voelde ze daar niet echt voor, maar na wat langer aandringen, liet ze zich inschrijven voor het NK in Noordwijk. Natuurlijk zonder ranking en dus speelde Wil Hulshof in de eerste ronde tegen de kampioen van het jaar daarvoor. Als volslagen onbekende wist ze dat niet en dus tenniste ze frank en vrij en won alvast de eerste set. Haar tegenstander probeerde nog met een smoes om vanwege de harde wind naar een andere baan te verhuizen. Voor Wil was het niet nodig om te verkassen en dus besloot de umpire om gewoon op deze baan door te gaan. De Ootmarsumse versloeg de regerend titelverdedigster en kroonde zichzelf tot Nederlands kampioen in deze leeftijdscategorie en er volgden er nog een aantal en ook daar mogen we als OLC best trots op zijn,” spreekt de voorzitter waarderende woorden.
Benno Brand had dankzij de anekdote over ‘in de brand uit de brand’ een mooi aanknopingspunt om zijn toespraak te beginnen. Het paviljoen is door brand verwoest, maar niet door mij, want zo vaak kwam ik destijds niet in Ootmarsum,” glimlacht de wethouder. “De laatste jaren echter des te meer en dan zie ik ook dat hier een prima accommodatie is neergelegd voor een vereniging, die veel doet voor de jeugd van Ootmarsum en omstreken. Dat bindt de jeugd en als gemeente vinden we dat erg belangrijk. Hij feliciteerde de jubilaris en benadrukte het sociaal-maatschappelijk belang van een sportvereniging.” Vervolgens bood hij het bestuur van de TCO een envelop aan met inhoud.
Stefan van der Stroot sprak namens de KNLTB en hij overhandigde de gouden jubilaris een mooie maquette en een vlag en wenst de club veel succes voor de toekomst. Na de toespraken werden erelid Margot Wegdam en nationaal kampioen Wil Hulshof verzocht om een doek weg te halen voor het scherm en daarna was er een PowerPoint presentatie te zien met tal van
foto’s uit ‘de oude doos’.
En dat leverde heel veel herkenningsmateriaal op, waardoor de tongen goed loskwamen.
Jubileumactiviteiten
De zaterdag in het jubileumweekend was bestemd voor de jeugd. De opkomst was prima en de jonge leden genoten van allerlei spelletjes. Niek Schothuis zette de jeugdige leden flink aan het werk, maar dat deden ze met veel plezier en zo waren er nog de nodige activiteiten met natuurlijk de stormbaan als één van de hoogtepunten. Een grote Sara stond op het complex en zij stond symbool voor de afgelopen vijftig jaar om het verleden niet te vergeten en verder te bouwen aan de club. Ook was er een jubileumcadeau voor alle leden en dat was een bidon met daarop het jubileumlogo dat is ontworpen door Cindy Broekhuis. Het tenniscomplex was prachtig versierd door vrijwilligers en dankzij een aantal sponsors.
Op zondag was er een ‘verkleedtoernooi’ en werd de aandacht nog wel even gericht op de Pipowagen, want tennislid Johnny Ossenvoort had zich als clown verkleed. Na dit toernooi was er de receptie in het clubgebouw en daarna volgde er een after party vol gezelligheid.