Noodzaak en drang naar vernieuwing zijn de drijfveren achter de vele veranderingen, die op dit moment in het park van het openluchtmuseum plaatsvinden. Het is precies twintig jaar geleden dat de gemeente het park in beheer gaf aan een stichting met Toon Heupink als eerste voorzitter. In die tijd is er heel veel gebeurd. Het gebied is uitgebreid, er zijn veel gebouwen bij gekomen en de bezoekersaantallen zijn geweldig gestegen.
Het afgelopen jaar werd het voormalige Commanderiegebied gerealiseerd en daardoor moest het museum aangepast worden.
De ingang is aan de andere kant gesitueerd, gebouwen verdwenen of kregen een andere invulling en looproutes veranderen enzovoorts, enzovoorts. Gezamenlijk met de vele vrijwilligers en werkgroepen van het Openluchtmuseum is het werk opgepakt en krijgt het land van Heeren en Boeren een ander, beter en interessanter gezicht.
De bezoekers die nu het museum bezoeken krijgen momenteel te horen dat er ‘Werk in uitvoering’ te zien is in het park en dat er hard gewerkt wordt aan een aantal nieuwe elementen.
Die nieuwe zaken zijn : 1. Een mooie nieuwe entree in het poortgebouw aan het Commanderieplein met een museumwinkel en kantoor, 2. twee nieuwe kapschuren die als ruimtes dienen om te laten zien hoe het land werd bewerkt en er gezaaid en geoogst werd, 3 een kapberg, die vroeger diende voor hooi-opslag maar nu multifunctioneel ingezet wordt als presentatie voor oude ambachten en als podium bij evenementen, 4. Het molenhuisje van de voormalige Commanderie, dat geheel is gerestaureerd en waar een waterrad in de molenbeek is aangebracht, 5. De Weemhof, het gebouw van de voormalige horecavoorziening in het park dat nu vrijgekomen is voor een museumfunctie.
Dat er op veel plekken gelijktijdig wordt gewerkt brengt wel met zich mee dat er noodvoorzieningen getroffen moeten worden. Met name de regenval van de laatste tijd en het drassige, natte parkgebied zorgen voor wateroverlast. Er wordt daarom ook gewerkt aan drainage met sloten en putten op het hele terrein, zodat de afvoer hiervan in de Molenbeek geregeld wordt. Het aangrenzende kolkengebied wordt onderhanden genomen door de gemeente en het waterschap. Er ontstaat straks een beekdalgebied naast de grote kolk. Hierdoor blijft dit unieke stukje natuur behouden en geeft een meerwaarde aan het museum.
‘Parkeren naast de deur’
De bezoekers kunnen straks het museum gemakkelijker bereiken per auto door de uitbreiding van de parkeerplaats ‘De Stadsweide’. Er zijn directe wandel- en fietsverbindingen gemaakt vanaf deze grote parkeerplek en hier kunnen straks ook de bussen parkeren. Het Commanderieplein wordt een mooie binnenkomer voor de bezoekers aan Ootmarsum. Direct bij de ingang van het plein aan de Stadsweide is een fietsenstalling aangebracht en er wordt de toeristische vlinder geplaatst waar toeristische informatie te vinden is, maar ook e-bikes opgeladen kunnen worden. Vanaf de Commanderiestraat en de Oldenzaalsestraat is het plein direct te bereiken.
Op het Commanderieplein in de grote expositieruimte staan niet alleen historische tractoren opgesteld, maar is ook de maquette van de vroegere Commanderie te zien. Elke bezoeker krijgt hiermee een beeld van de bebouwing van tweehonderd jaar geleden op deze plek. Verder op het plein kan de Brouwerij Othmar en Gasterij Oatmössche worden bezocht. Niet over het hoofd te zien is het fraaie poortgebouw waar de hoge poort toegang geeft tot het terrein van het Openluchtmuseum.
Vol vertrouwen het nieuwe seizoen in
De bewegwijzering is inmiddels aangepast en hopelijk zullen veel bezoekers aan Ootmarsum het komende seizoen deze nieuwe route naar het Openluchtmuseum gemakkelijk kunnen vinden en er een plezierige tijd beleven. Want daar draait het om : Het land van Heeren en Boeren, dat in het Openluchtmuseum Ootmarsum tot leven wordt gewekt, neemt belangstellenden mee naar een lang vervlogen tijd. Veel mensen beleven er plezier aan om het museum optimaal te laten functioneren en dat straalt af op de bezoeker. Het museum gaat in ieder geval vol vertrouwen het nieuwe seizoen tegemoet.