Het blijft vertederend om te zien hoe de jongste schooljeugd zich vermaakt op het Pottuffelkestoernooi van KOSC. Het is rennen, vliegen, vallen en weer opstaan, soms met betraande ogen, maar met een schouderklopje of een lief woord van een teamgenoot wordt er weel volop meegedaan aan de wedstrijden. Er zijn kinderen, die geen bal aan raken, maar toch genieten en volop mee rennen waar de bal maar in de buurt is.
Er zijn ook momenten dat de toeschouwers, vaak gevormd door ouders en opa’s en oma’s de bal kwijt zijn, die zich ‘ergens’ tussen de benen van de jonge voetballers moet bevinden. Het team dat een speler in hun midden heeft met loopvermogen en de bal als een touwtje aan de voet kan meenemen is spekkoper en weet dan ook menige wedstrijd te winnen. Niemand, die daar echter om zeurt, want meedoen is vele malen belangrijker dan winnen. Keepertjes, die knappe reddingen verrichten, een speler, die nog net de bal weg weet te glijden of de kinderen, die niet naar de bal kijken, maar naar alles wat er om hen heen gebeurt. Sommigen de handen in de tuk, anderen, die aan het net hangen en regelmatig is er een radslag te zien van één van de deelnemers.
Het kan allemaal op dit Pottuffelkestoernooi dat woensdag 25 mei een vervolg krijgt. En dan is het opnieuw genieten geblazen, en zeker niet alleen van het voetballen. “We moeten rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en
weer doorgaan.” En vooral plezier hebben.
Foto’s Caspar Kouijzer