Het is een pracht, bont, kleurrijk gezicht om achter de boerderij van Hans van Duijn rond te dolen in zijn ‘Fleurderij’ vol met veelsoortige dahlia’s. Door de Coronatijd worden deze prachtige bloemen momenteel fors minder gebruikt voor het maken van boeketten en bloemdecoraties. Dat is dan ook de reden dat de eigenaar zijn ‘Fleurderij van Duijn’ helemaal openstelt voor belangstellenden om er een ‘Dahliapluktuin’ van te maken. “Ik heb er toch zeker 2000 staan en het is natuurlijk doodzonde dat mijn vrouw Jannie en ik er ‘alleen’ maar van genieten. Daarom geef ik iedereen de kans om in deze Fleurderij dahlia’s te komen snijden tegen een geringe vergoeding. De opbrengst is niet alleen voor mij, maar ook voor de dahliavereniging Almelo. Met dit geld schaffen we oase, potten en andere middelen en voorwerpen aan om de dahlia’s in de volgende jaren weer te laten floreren in een prachtige compositie. Een bloemstuk dus waar dahlia’s vaak op een heel bijzondere en mooie wijze tot hun recht komen. Liefhebbers zijn hier dan ook van harte welkom in Hardingen net over de grens bij Ootmarsum en Vasse. En iedereen kan hier zijn eigen keuze en voorkeuren bepalen,” vertelt Hans van Duijn.
De ‘Hohe Feld van Duijn lijn’
Ruim vijftien jaar is Hans van Duijn, tevens koster van de Protestantse kerk in Ootmarsum, bezig met deze intensieve hobby. Negen maanden lang besteedt hij nagenoeg dagelijks tijd aan zijn dahliakwekerij. Ieder jaar opnieuw blijft het een zoektocht om nieuwe dahlia’s te kweken en vooral om ze tot volle wasdom te krijgen. Maar ook dan is de hobbykweker niet altijd tevreden. “Voor mij is het een boeiende hobby en omdat je er al zoveel jaren mee bezig bent, leer je de finesses van het kweken zeker kennen. Als kweker ga je voor een zo groot mogelijke bloem. Tevens moeten de stengels stevig staan en ik heb het liefst dat een dahlia je aankijkt en niet het hoofd gebogen houdt,” geeft van Duijn een heel gedetailleerd beeld van de facetten waar hij op let. “Maar ook de kleur, de vastigheid en nog meer dahliakenmerken moeten zo goed mogelijk zijn of in ieder geval het optimale nastreven. Ik probeer nieuwe soorten te kweken en die noem ik de Hohe Feld van Duijn lijn genoemd naar de landweg waar we aan wonen en onze naam. ”
Teleurstellingen horen er ook bij en dus is niet iedere stek een succes. Maar dat is het onderdeel van dit kweekspel en daar weet Hans van Duijn heel goed mee om te gaan. “Na de bloeiperiode en de herfst blijven de knollen over en die leg je geconditioneerd weg. De ene dahlia vraagt om een kist waar ventilatie van belang is, terwijl een ander daar niet op zit te wachten en dus in een dichte kist verdwijnen. In de winter moeten ze binnen die tijd doorkomen en in februari begint voor mij het eerste werk. Het mooie is dat ieder zaadje van een dahlia een nieuw soort voortplant. Om van die ene plant er meer van te krijgen moet je deze stekken en dat is echt een heel precies en minutieus werkje. Op zolder heb ik een speciale kamer met warmte gevende lichtbronnen, slangen die zorgen voor luchtvochtigheid om zo in ‘deze zolderkas’ de juiste condities te kweken voor het stekken van de dahliaplanten. Als het voorjaar zich aandient komt mien noaber het land omploegen, nadat hij er een lading stalmest vermengd met stro op heeft gegooid. Daarna krijg ik hulp van mijn zoon, die me helpt om de bakken vol met stekken naar beneden te brengen. Die plant ik op het omgeploegde land en dan moet de natuur zijn werk doen. Uiteraard ben je afhankelijk van de weersomstandigheden. Nachtvorst is heel vervelend en datzelfde geldt als het te nat is. Tegen de droogte beschikken we over een sproei installatie en onze oude mestkelder is meestentijds volledig gevuld met water,’ beschrijft Hans van Duijn het proces van de dahlia.
Het wonder van Hohe Feld
Wat betreft die mestkelder is er nog een leuke anekdote te vertellen en dus verbloemt Hans van Duijn, die toch al enthousiast op zijn praatstoel zit, niets over het ‘wonder van Hohe Feld’. “Die mestkelder loopt tot aan de rand toe vol met water, maar overstroomt nooit en we wonen hier al de nodige jaren, maar hebben nooit kunnen ontdekken waar het overtollige water blijft. Nergens kan ik natte plekken vinden en dus is het een raadsel dat deze kelder nooit overstroomt. Er moet een soort overloop zijn, maar waar en dat noemen we dan ook het wonder van Hohe Feld,” lacht de koster en kweker. “En dat het hier goed zit met de grondwaterstand is wel te zien aan de mais van onze boer, die toch zeker drie meter hoog is en er prima bij staat.”
Van stek tot dahlia en andere ‘uitwassen’
In de tuin waar de stekken een plek vinden is Hans vanaf dat moment, op korte vakanties na, iedere dag te vinden. Schoffelen, ongedierte verwijderen, gaas plaatsen en het ‘dieven’ van de planten zijn de dagelijkse ritmes. Een zelf ontworpen schoffel kan in één keer de paden ontdoen van het onkruid.
“Ik ben wel iemand die op de knieën gaat,” grimast Hans van Duijn, ”Zeker in het begin moet je echt zorgen dat de stekken van de dahlia’s de ruimte krijgen en niet worden overwoekerd. En langzamerhand groeien ze in de hoogte, krijgen ze knoppen en is het iedere keer een moment van verwondering hoe de bloem er uit komt te zien. Echt een heel mooi proces waar ik best trots op ben dat het allemaal in deze tuin te zien is en dat ik daar vanaf het begin van het proces bij betrokken ben,” toont de dahliakweker zijn oprechte liefde voor deze hobby
En het bleef niet alleen bij het kweken van de dahlia’s. Met de dahliavereniging Almelo organiseerde hij een zeer succesvol NK Dahlia op het terrein van het Openluchtmuseum in Ootmarsum. Tevens werd hij keurmeester. Ook sleepte hij de nodige prijzen in de wacht samen met zijn vrouw Jannie, die met het maken van bloemstukken ook haar mannetje stond. “Over dat NK Dahlia in Ootmarsum wordt door de kwekers nog steeds gesproken. Het is dus echt zeer succesvol geweest en dat had ook alles te maken met het prachtige decor. Dit jaar is er opnieuw een NK, maar de opzet is heel anders. Met mijn dahlia’s kan ik daar naar toe, maar er blijven er nog heel veel over en die wil ik graag beschikbaar stellen voor de liefhebbers. Dus ik roep die mensen op om naar Hardingen te komen. Van harte welkom en pluk de dahlia’s in onze Fleurderij. Het zal me heel goed doen als vele mensen deze kans benutten om in aanraking te komen met deze bloem, die mij zo fascineert. Dat wil ik heel graag overbrengen op anderen, want dat zijn de dahliasoorten zeker waard. Van harte uitgenodigd en ik wil heel erg graag mijn passie delen met anderen,” sluit Hans van Duijn zijn boeiende dahliarelaas af.
De Fleurderij van Duijn is te vinden aan Hohe Feld 39, 49843 Halle/Hardingen in Duitsland. De Fleurderij is verder te bereiken via mobiel: 06-41128135 of per vaste telefoon: 049 5942983159 of per mail jannieenhans@gmail.com
Foto’s: Hanneke Spermon
