Mooie, drukke tijden voor de Ootmarsumse Midwinterhoornblazers. Ze vonden echter ook nog even de tijd om een bezoek te brengen aan de vluchtelingen in de Wyllandrie. Daar bovenop de Kuiperberg strooiden ze hun klanken uit en tevens was het een mooie gelegenheid om de bewoners kennis te laten maken met dit traditionele Twentse gebruik. Deze bijzondere ontmoeting tussen meerdere culturen zorgde voor saamhorigheid.
De Midwinterhoornblazers namen contact op met het COA of er belangstelling zou zijn voor deze traditie. Het COA liet weten dit zeer op prijs te stellen. Er werd een afspraak gemaakt voor de Tweede Kerstdag. Op de parkeerplaats stonden bij aankomst van de Ootmarsumse midwinterhoornblazers al enkele vluchtelingen te wachten.
Bij het naar binnen gaan moesten we eerst een grote groep kinderen voorbij laten gaan, die onder leiding van vrijwilligers op weg waren naar het Openlucht Museum om daar het Kerstspel en de levende kerststal te bezichtigen.
Binnen werd door één van de leden, in het Engels, een uiteenzetting gegeven over de oorsprong van de midwinterhoorn , het maken van een hoorn, en ‘n Oal’n roop. Een aanwezige tolk vertaalde deze uitleg weer vanuit het Engels in het Arabisch.
De mannen toonden zich zeer enthousiast en verdrongen zich om buiten een paar tonen te kunnen blazen. Dit lukte één van de mannen uitstekend. Hij blies in Syrië schijnbaar ook op een soort hoorn, dat gelijkenis kent met de Twentse midwinterhoorn.
Deze man werd voorzien van klompen, kiel en pet hij blies ‘al wat’t haal’n kon’. Hij kon er namelijk geen genoeg van krijgen. De Ootmarsumse blazers zijn er van overtuigd dat zij op deze manier hebben bijgedragen aan een stuk wederzijds begrip en een gevoel van saamhorigheid om deze traditie met de vluchtelingen te delen.
Foto’s Caspar Kouijzer