Van de inloop van de stadsbeek die achter het molenhuisje in de Molenbeek stroomt, is iets bijzonders gemaakt. Het is ook een bijzonder plek. Het molenhuis achter de mulderwoning was in 1832 afgebroken en het woonhuisje raakte in verval. Bij de restauratie in de jaren zestig van de vorige eeuw is een kleiner gebouwtje herbouwd met een molenrad. Symbolisch, want het originele waterrad was een bovenslagrad, die de korenmolen aandreef. Dat kleine symbolische rad was in de jaren tachtig zo vervallen dat het weggehaald werd, maar de omloop bleef. Deze omleiding van de Molenbeek is door de gemeente in ere hersteld en aangelegd van metselwerk en zandsteen. Gelijktijdig is er een plateau gemaakt met een fraai hekwerk en een bankje van waaruit men in alle rust deze unieke plek kan bezichtigen. Een sluisje werd geplaatst om het water in de omloop te stuwen.
Opdracht aan molenmaker Wintels
Voor het waterrad moest het Openluchtmuseum zelf zorgen. Besloten werd een authentiek rad te plaatsen. Subsidies werden aangevraagd en er werd opdracht voor het maken van het rad gegeven aan de ervaren molenmaker Johnny Wintels in Denekamp. Het rad wordt een onderslagrad en dat betekent dat het water aan de onderzijde tegen de schoepen van het rad aan stroomt, waardoor het rad in beweging komt. De productie was een meestertoer.
Voor het rad waren maar liefst 4 oude eikenbomen nodig, die in de omgeving geveld zijn. Uit acht gebogen stukken wordt de ronding gemaakt. Een zware as van massief ijzer met schoepen is het kernpunt. Deze as draait op kogellagers in steunen, die op de zandstenen verhoging naast de omloop in de beek wordt vastgezet. Apparatenbouw Ootmarsum heeft dit ijzerwerk aan het museum geschonken. Het waterrad is bijna drie meter in doorsnede en is de kroon op het restauratiewerk rond de beek.
Nagedacht wordt nog hoe de energie van een draaiend waterrad overgebracht kan worden. Een korenmolen is er niet meer en er zijn plannen om het bijgebouwtje in te richten met een expositie over de vroegere papierindustrie, die in 6 watermolens op het Springendal plaatsvond. De energie van het waterrad zou dan ingezet kunnen worden om de papierpulp uit het water te zeven. Als kroon op het totaal krijgt het molenhuisje ook een grondige restauratiebeurt, zodat dit laatste stukje tastbare historie van de Commanderie Ootmarsum een waardige plek in het museumgebeuren krijgt.
Voorste molen bij Molenhuisje in 1824